Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontdek als eerste ons nieuwste aanbod.
In de derde aflevering van hof van egen. praten we over de goed geïsoleerde luchtdichte bouwschil. Het is de eerste stap naar een energiezuinige woning en dus een lagere energiefactuur. Het vormt de basis voor de plaatsing van andere energie-optimalisaties, zoals ventilatie, zonnepanelen en een warmtepomp.
hof van egen. is onze videoreeks over vastgoed en energiezuinig wonen.
Energiezuinig wonen neemt aan belang toe en bij EGEN merken we dat veel kopers en verkopers met vragen zitten. Met de videoreeks hof van egen. willen we jou fris, scherp en inspirerend een wegwijs bieden. We brengen een strenge selectie over de belangrijkste feiten met speciaal aandacht voor vastgoed en energiezuinig wonen. Als filter op de ruis. En voor wie zich graag verdiept, voorzien we een gedetailleerd artikel dat elke aflevering ondersteunt.
We hopen met deze korte shots het verschil te maken door jou te inspireren en vooruit te helpen bij jouw vastgoedplannen.
hof van egen. I da's futureproof vooruit
De bouwschil is de basis van een woning. Het is het skelet van de woning, als het ware. Het bestaat uit vloeren, buitenmuren en het buitenschrijnwerk en daken. Als de bouwschil luchtdicht en goed geïsoleerd is, dan ben je al een heuse stap verder richting een energiezuinige woning. En dus een lage energiefactuur en hoog wooncomfort.
Een niet of slecht geïsoleerde buitenschil is een grote bron van warmteverlies. Ondanks dat beton, bakstenen, cellenbeton of dakpannen een thermische capaciteit hebben, toch gaat enorm veel warmte verloren doorheen deze oppervlaktes. Isoleren is de allereerste en eenvoudigste energiemaatregel om efficiënt en snel resultaat te boeken. Een goed geïsoleerde luchtdichte bouwschil vormt de degelijke basis voor andere energiemaatregelen zoals zonnepanelen, zonneboiler, ventilatie, etc.
Eerst een stukje theorie. Om te bepalen hoeveel isolatie we nodig hebben, kijken we het best naar de normen voor nieuwbouw. In Vlaanderen is de BEN-norm van kracht (BEN is bijna-energieneutraal). Er wordt altijd gesproken van de U-waarde of de warmtedoorgangscoëfficiënt. Dat drukt uit wat de hoeveelheid warmte per seconde per vierkante meter en per graad temperatuurverschil tussen de ene en de andere zijde van een wand(constructie) is die doorgelaten wordt. Aan de hand van de normen en de U-waarde van het gekozen isolatiemateriaal kunnen we de dikte van de isolatie bepalen. Bijvoorbeeld: voor een U-waarde van je dak van 0,24 W/m2K heb je 11 cm PIR nodig, of 15 cm minerale wol, of 16 cm papiervlokkenisolatie.
Het dak
We starten met het dak. Warme lucht stijgt. Een slecht geïsoleerd dak is goed voor haast een derde van alle warmteverliezen, of twee keer zo veel dan door niet-geïsoleerde buitenmuren.
Een hellend dak
Een standaardmanier van isoleren van een hellend dak is het plaatsen van isolatie aan de binnenzijde van je dak. Je vult de ruimte tussen de kepers of spanten volledig op met isolatiemateriaal. Hiervoor moet het dak technisch in orde zijn, zowel van buiten als van binnen. En moet er een onderdak aanwezig zijn dat de isolatie beschermt tegen regen en wind.
Meestal gebeurt het opvullen met minerale wol omdat je dit materiaal wat kan samendrukken zodat het goed tussen de kepers of spanten past. Aangezien het al vlug gaat over een dikte van 15 of zelfs 20 cm en meer, is het van belang dat de dikte van de kepers of spanten hierop afgestemd wordt (over het algemeen zijn die niet zo diep). Daarom is het soms nodig om extra houtwerk aan te brengen, maar dat hoeft niet per se.
Om te vermijden dat er vocht in de isolatie kan binnendringen, komt er een dampscherm aan de binnenzijde van de isolatie. Dit dampscherm houdt vochtige binnenlucht tegen afkomstig van het koken, douchen en andere activiteiten, zodat er geen condensatie kan optreden in de isolatie zelf of aan de koude kant van de dakconstructie.
Als er geen onderdak is, dan is een grondige renovatie nodig waarbij de dakwerker het dak verstevigt, een onderdak plaatst en opnieuw afwerkt. Hierbij kan je ook kijken om langs de buitenzijde te isoleren met harde isolatieplaten die boven op de keper- of spantenstructuur worden bevestigd. Op deze isolatieplaten komen vervolgens de dakpannen of leien. Dit heet een sarkingdak.
Een sarkingdak kent enkele voordelen:
- De binnenzijde van de dakstructuur kan je ongemoeid laten. Zo kan je de bestaande binnenafwerking behouden of de authentieke balken zichtbaar laten.
- Het is doeltreffend want koudebruggen worden tot het minimum beperkt.
- Het dak is volledig ingekapseld en vormt een isolatieschild waardoor het nog beter beschermt tegen temperatuurschommelingen.
Een plat dak
Een plat dak kan je in veel gevallen rechtstreeks na-isoleren met isolatieplaten en ballastlaag (een zogenaamd omgekeerd dak). Maar omdat tal van factoren, zoals de draagkracht van de dakstructuur en de hoogte van de bestaande opkanten, de werken beïnvloeden, laat je dit best over aan een specialist.
De buitenmuren
Na het dak vormen de buitenmuren de tweede grootste bron van warmteverlies. De buitenmuren en de ramen en deuren worden gezien als één logisch geheel. Isoleer je de muren, maar behoud je de oude ramen, dan zal er meer condens neerslaan op de ramen. Omgekeerd geldt eveneens dat wanneer je de oude ramen vervangt door superisolerende ramen en je muren niet of minder goed isoleren, het gevaar bestaat op condensatie op je muren. En dat is nefaster voor de bouwschil.
Om je buitenmuren te isoleren heb je drie opties. De meest doeltreffende, maar ook meest ingrijpende optie, is het plaatsen van na-isolatie aan de buitenzijde gevolgd door een nieuwe afwerking (steenstrips, gevelpleister, houten beplating, …). Een tweede mogelijkheid is het laten opvullen van de luchtspouw met een isolerend materiaal. Deze methode is haalbaar voor de meeste woningen die tussen de jaren 1960 en 1990 gebouwd werden, op voorwaarde dat de spouw minimaal 6 cm diep is. Omdat de dikte van de spouw beperkt is, is het wel de minst doeltreffende isolatiemethode. Daarom is deze ingreep vooral interessant om snel en goedkoop resultaat te boeken (een slimme ingreep dus!). Er komen geen breekwerken aan te pas en in één of twee dagen tijd zijn de werken achter de rug. Bovendien heb je geen vergunning nodig. Voor een optimale isolatiewaarde kan je spouwisolatie later combineren met isolatie aan de buiten- of binnenzijde van je woning.
Een derde mogelijkheid is je muren isoleren aan de binnenzijde. Deze methode wordt echter afgeraden omdat het plaatsen van isolatie aan de binnenzijde een grote impact heeft op het vochtgedrag van de buitenmuren. Die zullen vocht enkel nog kunnen afvoeren naar buiten, met het risico dat ze vochtig blijven. Maar soms kan het niet anders, bijvoorbeeld om stedenbouwkundige redenen. Als je voor deze techniek kiest, zijn een goede uitvoering en dus de interventie van een specialist cruciaal.
Een totaalplan waarin je bepaalt welke EPC-score je wil behalen, zorgt dat alle stappen één geheel vormen en je je woning écht energiezuinig maakt.
De vloer
Het isoleren van de vloer is na het dak en de muren de laatste stap om je volledige bouwschil energiezuinig te maken. Let wel: dit is niet altijd even evident. Is de woning deels of volledig onderkelderd, dan kan je redelijk eenvoudig isolatieplaten aanbrengen tegen het plafond van de (kruip)kelder. Ligt de bestaande vloer op volle grond, dan zijn er ingrijpendere werken nodig.
Soms kan de isolatie rechtstreeks op de bestaande draagvloer geplaatst worden, maar daardoor verhoogt ook het niveau van de vloer, wat weer tal van andere ingrepen met zich mee kan brengen (bijvoorbeeld de deuropeningen die verhoogd moeten worden). In de meeste gevallen zal je het bestaande vloerniveau willen behouden of misschien zelfs willen overstappen van radiatoren op vloerverwarming. Dan zit er niets anders op dan de vloer (op volle grond of chape) helemaal uit te breken en de grond uit te graven tot op het gewenste niveau. Dit is al snel ongeveer zo'n 30 cm, omdat je ruimte moet voorzien voor een gewapende betonnen dekvloer (minstens een 10-tal centimeter), isolatie (10 à 15 cm), een nieuwe dekvloer (waarin eventueel de buizen van de vloerverwarming liggen) en vloerafwerking (zo'n 7 à 8 cm).
Luchtdichtheid
De luchtdichtheid van de bouwschil is een niet weg te denken element. Het verhoogt de energieprestaties van jouw woning tot 15 procent. Je vermijdt warmteverliezen via bijvoorbeeld een brievenbus in de deur, kieren aan de ramen of bekabeling die van binnen naar buiten door de buitenmuur loopt. Luchtdichtheid vermijdt ook condensatieproblemen en houden dus de wooncomfort hoog. Bij een nieuwbouwwoning is het luchtdicht maken eenvoudiger dan bij renovatie, maar intussen zijn er heel wat producten op de markt zoals coatings, membranen, schuimen en tapes om van jouw woning geen luchtzeef te maken.
Een blowerdoortest meet de luchtdichtheid van jouw woning. Bij een nieuwbouwwoning heeft het resultaat een impact op het E-peil, wat op zijn beurt een impact heeft op jouw fiscale voordelen.
Zorg voor een totaalplan
Denk altijd vooruit en zorg voor een totaalplan. Een stapsgewijze aanpak, vaak omwille van budgettaire redenen, is geen probleem. Maar maak wel een algemeen plan op van waar je wil eindigen, bijvoorbeeld welk EPC-score, zodat alle stappen afzonderlijk perfect op elkaar inspelen.
Vergeet trouwens niet na te gaan indien je premies of subsidies kan ontvangen voor jouw isolerende ingrepen.
Meer vragen of advies?
EGEN helpt jou graag verder. Stuur gerust jouw vraag en EGEN helpt jou met het vinden van een oplossing.
EGEN | futureproof wonen - jouw vastgoedmakelaar voor zorgeloos kopen en verkopen van jouw energiezuinige woning. Laten we elkaar ontmoeten voor een goed gesprek en/of een vrijblijvende waardebepaling.